Lin Risicofactoren jongere motorrijders

 

Mau-Roung Lin en haar collega’s volgden ruim 4700 motorrijdende studenten gedurende 20 maanden, in een stads- en een buitengebied in Taiwan. De studenten werden geïnterviewd aan het begin van hun studie en vervolgens nog drie maal, met regelmatige tussenpozen. Hierbij werden alle eigenschappen en omstandigheden genoteerd waarvan maar het vermoeden bestond dat deze een factor konden zijn voor het risico op een motorongeval.

 

Lin deed onderzoek onder studenten omdat onder alle motorrijders met name de jongeren de grootste risico’s lopen. In Taiwan was 31% van alle omgekomen motorrijders in een referentieperiode 16-25 jaar oud. Op de eerste hulp van ziekenhuizen was 66% van de gewonde motorrijders jonger dan 20 jaar. Lin wilde daarom voor deze groep inzicht krijgen in de aard van de risicofactoren.
 

Het artikel van Lin c.s. in Accident Analysis and Prevention heet voluit:

 

Mau-Roung Lin, Shu-Hui Changb, Lu Paic, Penelope M. Keyl,

A longitudinal study of risk factors for motorcycle crashes among junior college students in Taiwan,

Accident Analysis and Prevention 35 (2003) 243–252

 

Je kunt dit rapport bijvoorbeeld vinden in de bibliotheek van de SWOV.

 

Lin c.s. onderscheidden 4 groepen risicofactoren: blootstelling (exposure) en menselijke-, technische- en omgevingsfactoren. Ze maakten onderscheid in vaste en veranderlijke factoren als volgt.

 

Vaste factoren:


1. menselijke factoren (human factors):
- leeftijd bij het intake gesprek,
- geslacht,
- gewicht,
- lengte,
- sociaaleconomische status (gebaseerd op opleiding en inkomen van de ouders),
- woonde de student thuis?,
- motorongevallen in het verleden,
- medische geschiedenis na motorongevallen,
- gezondheidsproblemen (mate van bijziendheid, mate van astigmatisme (cylindrisch brillenglas) en chronische ziekte of een lichamelijke beperking,
- risicogedrag.

De mate waarin de student werd geacht risicogedrag te vertonen werd bepaald aan de hand van een aantal afzonderlijke factoren: (video)games spelen in winkels, roken, roekeloos gedrag als voetganger (jaywalking), colleges niet bijwonen, motorfiets- of autoraces op de openbare weg, kauwen van betelnoten, rijden met alcohol, frauderen bij examens, grof taalgebruik, cafébezoek, ruzie maken, vechten, seksuele activiteit en gokken.

 

2. Omgevingsfactoren: woonplaats (stad of platteland).

 

In Taiwan is de motorfiets het belangrijkste gemotoriseerde transportmiddel. Bron foto: internet.

 

Variabele factoren


1. Blootstelling (riding exposure):
- in de laatste maand motor gereden,
- aantal dagen waarop in de laatste 2 weken motor gereden,
- aantal uren en kilometers op de motor in de laatste 2 weken.


2. Menselijke factoren:
- rijervaring,
- autorijbewijs,
- in bezit van een helm,
- helmgebruik in de laatste 2 weken,
- alcoholgebruik afgelopen maand,
- gebruikelijke rijsnelheden,
- eigendom van de gebruikte motorfiets,
- verkeersovertredingen afgelopen 6 maanden,


3. Technische factoren:
- merk, model, bouwjaar, cilinderinhoud van de bereden motorfiets.


4. Omgevingsfactoren:
- meest gebruikte wegtypen in het recente verleden.

 

Bijna 1900 studenten hadden een motorongeluk. Een ongeval werd hierbij gedefinieerd als de gebeurtenis waarbij de motorrijder op de grond terecht kwam na een enkel- of meerzijdig ongeval. Ook de ongevallen die alleen tot (geringe) materiële schade leidden en die noch in de politie- noch in de ziekenhuisstatistiek terecht kwamen, werden meegeteld. Dat laatste is nogal uniek aan het onderzoek van Lin, omdat veel onderzoeken naar motorongevallen uitsluitend uitgaan van politie- en ziekenhuisstatistiek.
877 studenten (18%) hadden één ongeval, 280 (5,9%) hadden er twee en 127 (2,8%) hadden er drie of meer.

 

Van de vaste risicofactoren scoorden de volgende als meer (groter dan 1,0) of minder (kleiner dan 1,0) risico, vergeleken met een controlegroep (risico neutraal, 1,0).


Platteland - 0,84 (tegen stad 1,0)
Leeftijd
17 - 1,99
18 - 1,61
19 - 1,35
20 - 1,16
21 en ouder – 1,0
Geslacht
Vrouw – 1,0
Man – 1,35
Astigmatisme – 1,12
Chronische ziekte of lichamelijke beperking – 1,31
Eerder een motorongeval gehad – 2,10
Medische behandeling gehad na motorongeval – 0,65
Rijervaring
- minder dan 1 jaar – 1,0
- meer dan 5 jaar – 0,74
Risicogedrag
- laagste derde deel – 1,0
- middenste derde deel – 1,49
- hoogste derde deel – 1,83

 

Duidelijk meer risico lopen mannen, jongeren, en zij die eerder een ongeval hadden, evenals zij die meer risicogedrag tonen.

 

Van de variabele risicofactoren waren de opvallendste scores als volgt.

Blootstelling (exposure) is een belangrijke risicofactor; naarmate vaker, verder en langduriger wordt gereden, nemen de risico’s duidelijk toe.
De risico’s verminderen met het toenemen van de rijervaring en nemen juist duidelijk toe naarmate doorgaans harder wordt gereden.
Als geregeld alcohol werd gebruikt was het risico 40% groter.
De cilinderinhoud van de motorfiets had geen invloed op de risico’s.  

Update website

31 mei 2016

Nieuw: het rapport van het diepteonderzoek van Julie Brown naar ongevallen met motorfietsen is uit, zie 2.1.11. Julie Brown In-depth crash study

13 januari 2015

Nieuw: Diepteonderzoek door Penumaka naar menselijke fouten bij ongevallen tussen auto's en motorfietsen.

22 april 2014

Nieuw: 2.3.10. Elaine Hardy, Northern Ireland Motorcycle Fatality Report 2012, Indepth Study of 39 Motorcycle Collisions In Northern Ireland

4 maart 2014

Nog een nieuw diepteonderzoek naar motorongevallen in Australië: 2.1.12. Monash Universiteit.

4 maart 2014

Nieuw diepteonderzoek in Australië: 2.1.11. Julie Brown van NeuRA.