Underwood Visuele aandacht

 

Underwood, Visual attention and the transition from novice to advanced driver

 

Onervaren bestuurders zijn buitengewoon kwetsbaar voor verkeersongevallen en hun aandachtmanagement is daar een factor bij. Waar richten ze hun aandacht en hoe kan hun visueel zoekgedrag worden verbeterd? Met het toenemen van de rijervaring en met de genoten training tonen bestuurders flexibeler visueel scangedrag. Met het toenemen van de complexiteit van de verkeersomgeving scannen ze meer. Geoefend politiepersoneel laat dat nog weer beter zien dan andere ervaren bestuurders. Beginnende bestuurders tonen deze variatie in scangedrag niet met het drukker worden van het verkeersbeeld. Gelukkig kan een eenvoudige training het visuele scangedrag van beginners verbeteren.

 

G. Underwood van de Universiteit van Nottingham in het VK onderzoekt visuele aandacht en afleiding in het verkeer en de verschillen tussen beginnende bestuurders, ervaren bestuurders en experts (speciaal opgeleide politiemensen) waar het de verdeling van de aandacht over het verkeersbeeld betreft.
 

Zijn artikel daarover heet voluit:

G. Underwood, Visual attention and the transition from novice to advanced driver, School of Psychology, University of Nottingham, Nottingham, UK, in: Ergonomics, Vol. 50, No. 8, August 2007, 1235–1249

 

Je kunt het artikel inzien en downloaden op Underwoods pagina's op de website van de Universiteit van Nottingham

 

1. Ongevallen en aandacht

 

Beginnende bestuurders lopen aanmerkelijk meer risico dan ze na 10 jaar ervaring lopen. In het VK bijvoorbeeld lopen beginners 2 maal zo veel kans op een ongeval als een ervaren bestuurder van middelbare leeftijd. Heb je 3 jaar ervaring dan loop je ook 3 maal zoveel kans op een ongeval dan wanneer je 20 jaar ervaring hebt. Wat is er aan de hand met beginnende bestuurders en wat kunnen we doen om hun ongevalkans te verminderen?

‘Afleiding’ definieert Underwood hier als in ieder geval ook: aandacht besteden aan een andere taak dan het voertuig rijden, zoals het bedienen van de radio, naar reclameborden langs de weg kijken, praten met een passagier en, in toenemende mate, mobiel bellen of andere communicatietechnologie. Het risico van een ongeval neemt dramatisch toe als, terwijl de bestuurder is afgeleid, zich een onverwachte gebeurtenis voordoet. Afleiding (geen of te weinig aandacht besteden aan de voorhanden verkeerstaak) is een van meest gemelde enkele oorzaken van verkeersongevallen. Onderzoeken komen op 15-40%, maar bij directe observaties komt men op nog hogere percentages uit. In haar bekende ‘100-car naturalistic driving study’ kwam de Amerikaanse NHTSA toonde dat in een dramatisch hoog percentage van 78% van de ongevallen en in 65% van de bijna-ongevallen een vorm van afleiding speelde. Hierbij speelde afleiding van jonge bestuurders van 18-20 jaar een 5 maal grotere rol dan bij oudere bestuurders.
Ook ander onderzoek vond afleiding bij jonge beginnende bestuurders als de meest voorkomende factor bij het ontstaan van ongevallen. De vraag komt op naar de verschillend in visuele scanpatronen van bestuurders van variërende ervaring.

 

2. Visuele aandacht en rijervaring

 

Op buitenwegen met weinig kruispunten en weinig conflicterend verkeer heeft de bestuurder aandachtscapaciteit over en het is niet vreemd dat 50% van de aandacht van een ervaren bestuurder naar het landschap gaat. In andere, drukkere verkeerssituaties kunnen de eisen aan de bestuurder zozeer toenemen dat hij aandachtsbronnen tekort komt om ieder relevant object of situatie te monitoren. In zo’n situatie is het essentieel om uit te kunnen maken waar aandacht aan besteed moet worden en welke voertuigen een probleem kunnen gaan vormen.

 

2.1. Scanstrategieën onder het rijden
We kijken het meest recht vooruit naar de plek op de (rechte!) weg waar we over over enige tijd zullen arriveren: het verschijnpunt. Kijken we daar niet, dan scannen we er links en rechts van naar voetgangers, geparkeerde voertuigen en andere potentiële gevaren. Zo ontstaat een elliptisch scanvenster, met de meerderheid van fixaties op de horizon en minder fixaties op verticale afstand daar vandaan. Beginnende bestuurders hebben niet zo’n horizontaal uitgebreide verzameling fixaties. Underwood constateert dat ver zijdelings scannen pas met toenemende ervaring wordt geleerd.

 

Verschillen in de scanpatronen, naar de breedte van de fixaties langs de horizontale as, van beginnende- en ervaren bestuurders die naar videoclips van vier typen verkeersbeeld keken. Bron afbeelding: het onderhavige artikel: G. Underwood, Visual attention and the transition from novice to advanced driver, Ergonomics Vol. 50, No. 8, August 2007, 1235–1249

------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

 

Een opvallende verandering met het toenemen van ervaring is de toename van visueel scannen. Het scangedrag van beginnende bestuurders is nauwelijks gevoelig voor veranderingen in de drukte van het verkeersbeeld. Met de ervaring wordt het scangedrag flexibeler en neemt in omvang toe met de drukte van het verkeersbeeld. Ervaren bestuurders scannen delen van het verkeersbeeld anticiperend op mogelijke gevaren die daar kunnen opdoemen. Ze gebruiken hun buitenspiegels meer als informatie over verkeer in naburige rijstroken nodig is

 

Naar dit verschijnsel is veel onderzoek gedaan. Beginnende bestuurders zouden een onvolkomen situatiebewustzijn hebben; ze beseffen nog niet waar en in welke mate gevaren vandaan kunnen komen; dus zullen ze minder geneigd zijn daar te scannen. Beginnende bestuurders zouden ook aandachtsbronnen tekort kunnen komen en simpel de capaciteit missen om alle gevaren te scannen voorbij een bepaalde drukte in het verkeersbeeld.

 

2.2. Scanstrategieen in het laboratorium
Ook bij laboratoriumproeven ziet men verschil in scangedrag tussen ervaren en onervaren bestuurders. Rijervaring opdoen kan worden omschreven als in het geheugen opslaan van verkeerssituaties met de daarbij behorende gevaren die daar specifiek kunnen optreden. Daarbij worden scanpatronen ontwikkeld om de potentiële gevaren te kunnen ontdekken, mochten ze zich voordoen. Die verkeerssituaties kunnen heel algemene modellen (‘scripts’) zijn, die in veel situaties kunnen worden toegepast door “transfer”, of zeer specifieke situaties die weinig algemeen toepasbaar zijn. Beginnende bestuurders zouden een incomplete set mentale modellen of scripts hebben.

 

2.3. Situatiebewustzijn bij het rijden
Underwood onderscheidt hier drie lagen situatiebewustzijn [in het Engels: Situation awareness, Redactie Mosac.eu] in een model. Op het eerste niveau nemen bestuurders de omgeving waar zonder interpretatie van de betekenis van individuele elementen. Hij berekent de meest waarschijnlijke trajecten van andere weggebruikers niet en anticipeert niet op het daarmee gepaard gaande risico. Op het tweede niveau heeft de bestuurder begrip van de verkeerssituatie en begrijpt hij waar de voertuigen vandaan komen die hij om zich heen ziet en wat ze aan het doen zijn. In de derde laag van situatiebewustzijn voorspelt de bestuurder de toekomstige bewegingen van voertuigen en anticipeert daarop. Hij kan de uitkomst van meerdere scenario’s voorzien, kent de risico’s van verschillende manoeuvres en kan een veilige route (door sturen en snelheidsregeling) plannen door het verkeersbeeld. Karakteristiek voor dit niveau van situatiebewustzijn is dat de bestuurder weet wat andere weggebruikers de volgende paar seconden zullen doen en daarmee waar de veilige gebieden liggen. Dit zou het verschil tussen ervaren en onervaren bestuurders zijn bij het manoeuvreren door complexe verkeerssituaties. Op dit niveau weten ervaren bestuurders waar ze op welk moment moeten kijken om de meest waardevolle informatie over medeweggebruikers te verzamelen. Het zou kunnen zijn dat onervaren bestuurders meer voor zich blijven kijken omdat ze niet beseffen dat ze een beeld moeten zien te krijgen van de bedoelingen van het verkeer om ze heen en waar hun trajecten ze de komende paar seconden zullen voeren.

 

Hoe meer ervaring een bestuurder heeft, hoe breder hij in het algemeen zal scannen.

 

3. Aandacht besteden aan gevaren

 

Het ontdekken van gevaren wordt nu algemeen erkend als een essentiële en complexe vaardigheid. Hoewel in het VK een gevaarherkenningstest onderdeel uitmaakt van het rijexamen, is het nog altijd de vraag of deze “reactietest” op de aanwezigheid van potentiële gevaren enige bijdrage levert aan de vaardigheid in gevaarmanagement van de kandidaat. Zeer ervaren bestuurders zullen meer aandacht besteden aan het zoeken en monitoren van gevaarlijke plekken in het verkeersbeeld.


Leren anticiperen op gevaar
Underwood haalt onderzoek aan waarin beginnende bestuurders werd geleerd visueel te scannen en op gevaren te anticiperen. De positieve resultaten van deze laboratorium training bleek bij latere tests getransfereerd te worden naar het rijden op de weg, zowel onmiddellijk na de training als na een paar maanden. Underwood hoopt dat beginnende bestuurders in de uiterst kwetsbare paar maanden na het behalen van hun rijbewijs op deze manier op een hoger startniveau kunnen worden gebracht. 

Oogbewegingen (zoals gemeten met bijvoorbeeld dit apparaat) geven inzicht in mentale processen, zoals visuele informatieverwerking door bestuurders. Bron foto: internet, Technischen Fakultät der Universität Bielefeld, Bielefeld eye tracking group, http://ni.www.techfak.uni-bielefeld.de/eye-tracking
Update website

31 mei 2016

Nieuw: het rapport van het diepteonderzoek van Julie Brown naar ongevallen met motorfietsen is uit, zie 2.1.11. Julie Brown In-depth crash study

13 januari 2015

Nieuw: Diepteonderzoek door Penumaka naar menselijke fouten bij ongevallen tussen auto's en motorfietsen.

22 april 2014

Nieuw: 2.3.10. Elaine Hardy, Northern Ireland Motorcycle Fatality Report 2012, Indepth Study of 39 Motorcycle Collisions In Northern Ireland

4 maart 2014

Nog een nieuw diepteonderzoek naar motorongevallen in Australië: 2.1.12. Monash Universiteit.

4 maart 2014

Nieuw diepteonderzoek in Australië: 2.1.11. Julie Brown van NeuRA.